CLIL-FAQ's

Wat is CLIL?

De afkorting CLIL staat voor Content and Language Integrated Learning. Dat betekent dat je enkele uren / vakken kan volgen in het Frans.
CLIL-lessen zijn geen taallessen. In een CLIL-les ligt de focus niet op de vreemde taal, maar op de vakinhoud. Leerkrachten verwachten in de CLIL-lessen dan ook geen foutloos taalgebruik, maar ze stimuleren wel de spontane omgang met de vreemde taal. Een taal leer je dan ook vooral door die actief te gebruiken.

CLIL in De Keiwijzer

Alle leerlingen van de A-stroom, die verdieping kiezen, krijgen de kans om in bepaalde vakken spelenderwijs Frans te leren. 

Waarom kiest De Keiwijzer voor CLIL-lessen?

We kiezen in Poperinge al meer dan 10 jaar voor deze aanpak, en ondertussen weten we uit ervaring dat het een hele verrijking is voor de leerlingen die deze keuze maken. 
Poperinge ligt dicht bij de Franse grens. De Franse taal speelt een cruciale rol in onze streek.
(te) Vaak horen we zeggen dat de beheersing van de tweede landstaal bij jongeren achteruitgaat. We zien CLIL als een manier om die trend te keren en de lat hoog te leggen voor talen; CLIL vergemakkelijkt de communicatie met vreemdetaalsprekers. Leerlingen durven dankzij CLIL sneller spontaan Frans gebruiken.
Op die manier past het project ook perfect binnen ons pedagogisch project waarin we de nadruk leggen op kansen geven aan alle leerlingen. Hun toekomst is immers meertalig.

Is CLIL verplicht?

Neen. CLIL is altijd een keuzeproject. Je kan bij een CLIL-vak steeds kiezen of je het vak in de Frans of gewoon in het Nederlands volgt. De keuze voor CLIL is een bewuste keuze van de leerling voor een extra uitdaging in het lessenrooster. Je kunt na elk schooljaar ook kiezen of je met CLIL doorgaat of niet.

Verlopen CLIL-lessen volledig in de vreemde taal?

Een CLIL-les in de eerste graad verloopt niet volledig in het Frans. We bouwen het meertalig onderwijs gestaag op.
In een CLIL-vak kan de leerkracht ervoor kiezen om bijvoorbeeld bepaalde hoofdstukken in het Frans te geven en de rest in het Nederlands. Hij kan er ook voor kiezen om de theorie in het Nederlands uit te leggen en de oefeningen in het Frans te maken. Binnen een les tijdelijk overschakelen naar het Nederlands is ook mogelijk. Dat kan bijvoorbeeld om een moeilijk deel uit te leggen of als leerlingen de terminologie ook in het Nederlands moeten kennen.
Naarmate de leerlingen vorderingen maken, zal het gebruik van het Nederlands verminderen. We verwachten dat de leerlingen de doeltaal steeds beter gaan begrijpen en meer en meer zelf gaan gebruiken tijdens de les.

Moet je goed zijn in Frans om voor CLIL te kiezen?

De CLIL-lessen zijn er voor iedereen met verdieping in de A-stroom. Ze vergroten in de eerste plaats de spreekdurf en de motivatie om de taal te leren. CLIL zorgt ook voor een stimulerende leeromgeving. Alle leerlingen, ongeacht hun achtergrond of niveau, krijgen daardoor meer kansen om bij te leren. Uit onderzoek blijkt ook dat zowel sterke als minder sterke leerlingen beter gaan scoren.

Zie je in de CLIL-groep evenveel leerstof als in de niet- CLIL-groep?

Ja. De leerkrachten moeten zowel in de CLIL¬-groep als in de niet-CLIL-groep dezelfde leerplandoelstellingen behalen, ook al wordt het vak in de vreemde taal gegeven. Onderzoek wijst uit dat het tempo in de CLIL-groep in het begin van het schooljaar soms wat lager ligt; dat tempoverschil wordt later in het schooljaar bijgewerkt.

Hoe wordt er geëvalueerd?

De CLIL-groepen en de niet-CLIL-groepen worden op quasi dezelfde manier geëvalueerd. Toetsen bestaan grotendeels uit dezelfde vragen. De leerplandoelstellingen van het zaakvak worden getoetst. 
In de eerste graad krijgen de CLIL-leerlingen de vragen bij toetsen (soms) (deels) in het Nederlands en mogen in het Nederlands antwoorden. 
Voor een CLIL-vak krijgen de leerlingen een cijfer op het rapport (evaluatie van de vakdoelstellingen) en schriftelijke feedback (evaluatie van de CLIL-competenties spreekdurf, verstaanbaarheid, gebruik van vakterminologie, …)

Kan je in de loop van het jaar beslissen om geen CLIL meer te volgen?

Neen, je maakt in principe een keuze voor een volledig schooljaar.
Instromen in het 2de jaar CLIL (zonder dit gevolgd te hebben in het 1ste jaar) is niet onmogelijk, maar tevens ook niet vanzelfsprekend.

Zijn de leerkrachten “native speakers”?

Neen. De leerkrachten zijn opgeleid voor het vak dat ze geven en de vreemde taal. Ze behaalden minimum een C1-niveau voor Frans. Ze beheersen daarnaast ook het Nederlands.

Wat zijn de voordelen van CLIL voor de leerlingen?

CLIL sluit goed aan bij de natuurlijke manier waarop mensen een taal leren: in een authentieke omgeving met veel interactie. Dat zorgt voor een grote motivatie. CLIL biedt tevens kansen om vaker en in nog meer verschillende situaties een vreemde taal te spreken.
CLIL vraagt een extra inspanning van de leerling en de leerkracht, maar is een krachtige leermethode: meer spreekvaardigheid, meer spreekdurf, sneller begrip van de taal en sneller andere vreemde talen en dat zonder nadeel voor het niet-taalvak. Daarnaast is er ook grote aandacht voor leerstrategieën en voor taalconstructies. Die inzichten kunnen leerlingen inzetten bij het studeren van andere vakken. Dit alles samen stimuleert ook het doorzettingsvermogen van de leerling.
Uit onderzoek blijkt dat de ontwikkelingskansen die CLIL biedt heel motiverend werken voor zowel het vak als voor de taal. Het leren van talen volgens de CLIL-aanpak zou tot betere schoolresultaten in het algemeen leiden. 
Recent onderzoek toont ook aan dat het snel kunnen omschakelen tussen verschillende talen de hersenen flexibel en alert houdt.

Kan elke leerling instappen in het CLIL-traject?

Om in te stappen in CLIL heb je toestemming nodig van je ouders. Het is ook belangrijk dat je Nederlands voldoende beheerst. 
In de eerste graad A gebeurt een uitvoerig gesprek bij de inschrijving. Tijdens dat gesprek peilen we naar de intrinsieke motivatie van de leerling.